Van dik hout en Creools eten
25 oktober 2018
In elke reisgids tref je er een verwijzing over aan. Overigens zonder die verwijzing is er geen ontkomen aan. Midden in de stad is hij daar. Oprijzend naast de de hoofdvestiging van De Surinaamsche Bank. Met zijn imposante façade, de Petrus- en Pauluskathedraal. Vlak voor het middaguur staan we in de Henck Arronstraat en beschouwen sprakeloos het goudgele vooraanzicht. De Surinaamsche Bank valt in het niet. De kathedraal is gebouwd tussen 1883 en 1887. Eind vorige eeuw werd de volledig uit hout opgetrokken kathedraal gesloten. Door geldgebrek had zorgvuldig en regelmatig onderhoud niet plaats gevonden. Met veel steun is een reddingsactie op touw gezet. Na een jarenlange restauratie is de kerk in 2010 in zijn volle glorie heropend. We sluipen naar binnen en bewonderen het cederhouten binnenwerk en het mahoniehouten pijporgel uit de 19e eeuw.
We verwonderen ons over het feit dat de middagdienst die om 12.00 uur begint slechts een 20-tal gelovigen trekt. Tante Tine, onze tijdelijke huisbaas, verklaart later op de dag dat deze geringe opkomst wordt veroorzaakt doordat veel mensen op dit uur werken of rusten. In het weekend is dat heel anders, beklemtoont Tante met grote stelligheid.
Na enige momenten voor ons zelf verlaten we vol van nieuwe gedachten nederig en afgekoeld door de temperatuur de kerk. De geestelijke voeding stimuleert een gezonde trek. Op naar de Waterkant.
Vlak achter de Nationale Assamblee van Suriname is een Creools eethuis. De wind scheert over het terras en zorgt voor aangename verkoeling. De emmer met djogo is meer dan welkom en ook de Creoolse hap voldoet aan de verwachtingen. We nemen de tijd en kijken goed om ons heen. De Creoolse eettent (De Gadri) is een stop voor uiteenlopende klanten: inwoners van Paramaribo, enkele toeristen en bijvoorbeeld Venuzolaanse arbeiders die langs komen om diepgevroren flesje water op te halen.
De dag vordert. We slenteren op de weg naar het busstation via de Centrale Markt. Veel kooplui zijn door de warmte overmeesterd en hangen loom over hun eigen koopwaar. We bereiken de bus en rijden, ons telkens verwonderend over wat er allemaal langs de weg gebeurt terug naar ‘ons’ Lelydorp.”
Tja en emmers vol naast n birdje creola ook niet verkeerd.
Het diepe
ik heb iedereen in het diepe teruggevonden
daar waar het water helder is
en de grond ver weg
En zie ik daar nu een (gebakken) banaan op je bord liggen Dick?